De Leckere is failliet

Follow the Beer had nog maar net recentelijk een bezoek gebracht aan het Leckere Werkspoorcafe in Utrecht en deze bierspot op onze website geplaatst, of het nieuws bereikte ons dat op 7 juni 2023 de rechtbank het faillissement heeft uitgesproken. Het laatste nieuws (8 juni 2023) is dat de brouwerij en het nabijgelegen Werkspoorcafé misschien niet permanent de deuren zal sluiten. Er wordt gekeken naar een doorstart, aldus de curator.

Veel is er nog niet bekend over het hoe en waarom van het faillissement. Wel is duidelijk dat corona en problemen met personeel een rol hebben gespeeld bij de sluiting van de brouwerij. Ondanks het faillissement zijn de deuren van de brouwerij nog niet gesloten. Momenteel wordt er gekeken naar de mogelijkheden van een doorstart en wordt gekeken naar het opstarten van een biedingsproces en hebben zich al enkele geïnteresseerden gemeld.

Binnenkort te Huur: de horeca

Wie door de straten van Den Haag loopt, kan zomaar worden opgeschrikt door een felroze Te Huur-bord bij zijn of haar favoriete horecazaak. De kleine lettertjes bieden enige geruststelling. Het is nog niet zo. De panden staan nog niet te huur, maar dat zou binnenkort wel degelijk werkelijkheid kunnen worden. Want de horeca is nog immer gesloten en er is geen enkel uitzicht op heropening. Winkels zijn nog gewoon open, vliegtuigen vliegen, scholen zijn al sinds de zomer open, we kunnen nog gewoon naar het theater, naar de bioscoop en zelfs naar de sauna.

De borden zijn sinds woensdag 8 december te zien op gevels van verschillende horecabedrijven in Den Haag en andere steden. ‘Zonder aanvullende steun waarschijnlijk binnenkort te huur,’ luidt de tekst in de kleine lettertjes. Ook is te lezen welke ‘makelaardij’ het pand in de verhuur heeft. Huren kan bijvoorbeeld bij Horecamakelaardij Koolmees, Wiebes & Hoekstra of Rutte & De Jonge. Dat is terecht. De overheid heeft er voor gekozen om de horeca te sluiten. In de eerste golf van 15 maart tot 1 juli, daarna was er een beperkte opening in de zomer en op 14 oktober moest de horeca voor de tweede keer zonder enig uitzicht. Hiermee is de sluiting een collectieve zaak geworden, de rekening mag niet bij de horecaondernemers worden gelegd. Samen kunnen we corona aan, zegt de overheid, maar ze geven niet thuis als de horeca vraagt om 100% steun.

Onvoldoende extra steun

Koolmees, Wiebes en Hoekstra kondigden vol trots in december hun extra steunpakket aan voor bedrijven die getroffen waren door de coronamaatregelen. Hierbij gaat het vooral om de verlenging en uitbreiding van de NOW (tegemoetkoming van de loonkosten) en de TVL (tegemoetkoming vaste lasten).  Het is niet genoeg, zeggen de horecaondernemers. En ze hebben gelijk, het zou fatsoenlijk, rechtvaardig en eerlijk zijn om 100% steun te geven. Samen kunnen we corona aan, maar samen is niet alleen.

We peilden de meningen van horecaondernemers. Een lulverhaal, aldus de ene. Een sigaar uit eigen doos, aldus een ander. Nog weer eentje: 'Ik ben er spuugzat van hoe de overheid met ons omgaat. Het is gewoon triest. Waarom worden mensen niet fatsoenlijk gecompenseerd? Ik maak me ook grote zorgen over jonge ondernemers. Voor hen ziet het er slecht uit'. Tot slot: 'We krijgen veel te weinig, ook met dat nieuwe steunpakket'.

De sigaar uit eigen doos van Koolmees, Wiebes en Hoekstra

Koolmees, Wiebes (die het ook zo goed deed met de gaswinning in Groningen en de toeslagenaffaire) en Hoekstra (de CDA-leider) hebben weliswaar de TVL verruimd van 1 oktober 2020 naar 30 juni 2021 en van 50% naar 70%, maar dat is (deels) een sigaar uit eigen doos. Deze subsidie komt namelijk van de RvO, de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland en de sigaar zit hem in het feit dat deze subsidie weer als omzet meetelt voor de bepaling van de NOW 3 die via de UWV loopt.

Dat is natuurlijk lekker Sinterklaas spelen en dat verklaart ook de glimmende trots van Koolmees, Wiebes en Hoekstra toen zij de extra steun aankondigden. Ze vergaten echter even deze sigaar uit eigen doos er bij te vertellen. Dat laatste is wel beschamend. Het zou een flinke tik op de vingers waard zijn.

Steun de horeca, maar doe het wel in cash

Veel horecaondernemers proberen nog een beetje compensatie te vinden voor de steun die de overheid niet biedt. Ze verkopen maaltijden en drankpakketten en andere spullen aan de deur, zoals mondkapjes, kerstballen, pannenkoeken en Glühwein aan ons, de particulieren, de consumenten, de eindverantwoordelijken. Dat laatste (Glühwein) mag binnenkort ook al niet meer in Duitsland en je mag verwachten dat onze held op sokken, Mark Rutte, snel zal volgen hierin.

Nog een adder onder het gras. Als je de horeca wilt steunen en als je enig fatsoen in je donder hebt, doe je dat ook, doe het dan in cash. Anders verdwijnt een deel daarvan weer in de zakken van Rutte en consorten. De beperkte compensatie die horecaondernemers hiermee terugverdienen is namelijk omzet en gaat weer ten koste van de NOW3. Geef ze cash, laat ze burgerlijk ongehoorzaam zijn. Dat mag als de overheid niet haar fatsoen heeft. Anders staat de horeca binnenkort echt te huur!

 

Er zijn teveel cafés

Er zijn teveel cafés

De Horecava 2016 was nog maar nauwelijks begonnen of het bericht kwam naar buiten dat cafés in Nederland het zwaar hebben. Dat gebeurt bijna ieder jaar en ook dit jaar was daarop geen uitzondering. Het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) meldde dat waar andere traditionele horeca, zoals restaurants en hotels, zich hebben hersteld van de crisis, onze cafés ver achter zijn gebleven. Het CBS concludeerde dit uit haar waarneming dat de omzet van cafés in de eerste drie kwartalen van 2015 7 procent onder het niveau van het topjaar 2007 lag, terwijl restaurants en hotels juist weer terug zijn op het oude niveau van 2007.

Hoe kan dat? Wat is hier aan de hand? Wat hebben restaurants en hotels wat cafés niet hebben? Zijn 'onze' cafés in gevaar? Moeten we de barricades op om 'onze' cafés te redden? Of zijn ze al niet meer te redden?

Omzet bestaat uit prijs en volume. Laten we eens naar de prijs kijken. De prijzen in cafés lagen in 2015 volgens het CBS ruim een kwart hoger dan in 2007. Dat is opmerkelijk, want deze prijsstijging was hoger dan bij andere horeca en ook hoger dan het algemene inflatieniveau in Nederland in die periode. Veel vingers wijzen meteen naar de overheid die om de schatkist te spekken BTW- en accijnsverhogingen heeft doorgevoerd, maar het effect daarvan op de prijs is slechts beperkt en geldt bovendien ook voor restaurants en hotels.

Geen enkele vinger wijst naar de werkelijke oorzaak: brouwerijcontracten en brouwerijen - groot en klein - die jaarlijks hun prijzen verhogen in de horeca, Uit een onderzoek van enige jaren geleden bleek dat horecaondernemers tweemaal zoveel moeten betalen voor hun bier in vergelijking met supermarkten. Kunstmatig hoge prijzen werken verlammend in de markt en houden cafés in een wurggreep. 

Dan het volume. Het volume van de café-omzet lag in 2015 ruim een kwart onder het niveau van 2007. Ook hier wijzen de vingers meteen naar de overheid: het rookverbod en de verhoging van de leeftijd voor het drinken van alcohol naar 18 jaar. Ook zijn er andere concurrrenten op de horecamarkt bijgekomen, zoals dorpshuizen, zorginstellingen en detailhandel. Dat zijn inderdaad factoren die het cafébezoek niet hebben aangemoedigd en eerder hebben ontmoedigd. Maar er is meer. De prijsverhogingen die jaar en jaar zijn doorgevoerd hebben ook een effect gehad op het aantal bezoekers en daarmee op het niveau. Cafébezoekers zijn niet gek. Zij kunnen hun geld maar één keer uitgeven.

Hoe groot deze effecten individueel zijn, is moeilijk te zeggen, maar we kunnen stellen dat het rookverbod, de alcoholleeftijd en de toegenomen concurrentie door toetreders veel minder invloed hebben gehad dan de prijsverhogingen. Het is struisvogelpolitiek om dit effect te blijven ontkennen. Brouwerijen en horecaondernemers zouden moeten erkennen dat de prijzen in de horeca te hoog zijn en omlaag moeten.

De gevolgen laten zich raden: lege cafés en een groot aantal sluitingen. In 2008 telde Nederland nog ruim 13 duizend cafés. Begin 2015 was dit aantal met 13 procent gedaald tot ruim 11 duizend. De grootste dalingen deden zich in deze periode voor in de provincies Groningen, Drenthe en Limburg waar het aantal cafévestigingen met ruim 20 procent terugliep. Flevoland was de enige provincie met een toename van het aantal cafés.

Het is onvermijdelijk dat er de komende jaren nog veel meer cafés hun deuren zullen sluiten. Het platteland loopt leeg en de kroeg heeft daar nauwelijks toekomst meer. Mensen drinken hun drankje meer en meer thuis, daardoor aangemoedigd door brouwerij en supermarkt. In grote steden en in uitgaanscentra zijn nog veel mogelijkheden, maar horecondernemers moeten daar wel creatief en innovatief. En concurrerend met hun prijzen.