Onder de loep #003: Haagsche Broeder Prior

Echt kloosterbier, echte broeders

Een bier dat daadwerkelijk met broeders wordt gebrouwen. Zo presenteert Haagsche Broeder zichzelf. Dat is zeldzaam, zo niet uniek, vermelden ze er bij. Ze zouden zo maar eens gelijk kunnen hebben. Want geen trappistenbier wordt tegenwoordig nog door een trappist (monnik) gebrouwen en laten we over abdijbieren maar helemaal zwijgen.

De priorij

Middenin het centrum van Den Haag in de Oude Molstraat staat het klooster van de Broeders van Sint Jan. Dit klooster is gevestigd in het Willibrordhuis, waar eeuwenlang de schuilkerk van de Sint Jacobusparochie huisde. Daarna bood het 150 jaar onderdak aan de Zusters van Liefde die met hun ziel en zaligheid zorgdroegen voor kleuter- en basisscholen in Den Haag. Vanaf eind jaren tachtig tot 2012 was het een huis van gebed en evangelisatie onder de vleugels van de Willibrordgemeenschap.

Sinds 2012 hebben de Broeders van Sint Jan er hun priorij gevestigd en wordt er dus sinds een paar jaar bier gebrouwen. Hier leven nu vijf broeders van verschillende pluimage, een Nederlander, twee Fransen, een Oostenrijker en een Amerikaan.

De brouwerij

Sinds 2014 wordt er in dit klooster ook bier gebrouwen. Het initiatief hiervoor kwam van twee jonge Haagse mannen, Jelger Moggree en Kees Verbogt. Brouwers en broeders, met name pater Thomas en broeder Christian, sloegen de handen inéén en besloten een nanobrouwerij op te zetten, waarbij de focus lag op kwaliteit en niet op kwantiteit. Kwaliteit staat voor op, financieel gewin komt - eventueel - later, waarbij de winsten als ware het een echte trappist terugvloeien naar het klooster. Met 2 ketels van 100 liter is Haagsche Broeder met recht een nanobrouwerij. Per brouwsel komen niet meer dan 120 flessen van 75 centiliter beschikbaar.

Inmiddels worden naast de Prior (het allereerste bier), ook de Novice en de Johannes (1 keer per jaar) gebrouwen. Een vierde bier, de Postulant, is in ontwikkeling. Ook wordt er geëxperimenteerd met het lageren van het bier op houten vaten. Dit kun je in de winkel aanschouwen.

Prior

De Prior (8%) wordt gebrouwen met een combinatie van lichte en donkere mouten wat zorgt voor de bruine kleur van het bier en tonen van koffie, chocolade en caramel. Tevens worden gerstevlokken gebruikt bij het brouwen. Dit bier heeft een balans tussen gebrand en fris, en tussen bitterzoet en zuur, aldus de brouwers en de broeders zelf. Verder geven ze nog weg dat er bij het brouwen gerstevlokken en kristalsuiker worden gebruikt. Tot slot is er een speciale gist gebruikt en is het bier gehopt met 'fruitige' hoppen. Welke gist en welke hoppen, dat blijft het geheim van de brouwer.

Ons oordeel: Prior is een complex bier dat zoet, zuur, bitter en soms zelfs zout in zich heeft. Het is een bier waar je even voor gaat zitten, ook al omdat het in een grote fles van 75 cl komt. We gaan niet zo ver om dit bier het nieuwe Westvleteren, want welk bier wil er nu met dit gehypte bier vergeleken worden? Uniek misschien, en zeldzaam zeker,  maar vooral een bier dat brouwers en broeders bijeen bracht en brengt wat zij willen: een kwalitatief en eigengereid bier voor bezinning en ontmoeting.

 

 

Onder de loep #002: Heineken 0.0

Met veel bombarie presenteerde Heineken begin maart een nieuw product, de Heineken 0.0. Volgens Heineken hebben ze dit bier veelvuldig gebrouwen en geproefd om zo tot een goed smakend 0.0 bier te komen met als resultaat een alcoholvrij bier met een verfrissend en fruitige smaak en een zacht moutige body. Dat was ook nodig omdat de smaak van het bestaande aanbod aan alcoholvrije/0.0 bieren huilen met de pet op is, wat het des te vreemder maakt dat dit segment de laatste  jaren zo in de lift zit. 

We gaven de Heineken 0.0 het voordeel van de twijfel en lieten het door vier mensen proeven; twee mensen deden een blindproeverij waarin de nieuwe Heineken 0.0 tegenover de originele Heineken (5%) werd gezet, eentje kreeg de Heineken 0.0 voorgeschoteld zonder dat hij dat wist en eentje proefde hem, gewoon omdat dat mocht.

Rob, 45 jaar uit Alkmaar, kreeg een blinddoek om en hem werd de nieuwe Heineken 0.0 en de Heineken 5.0, de normale Heineken met 5% alcohol, voorgeschoteld. Als volleerd pilsdrinker haalde hij feilloos de Heineken 5.0 er uit. Over de Heineken 0.0: 'Best lekker, maar je mist wel de alcohol in dit bier. Een bier voor mijn vriendin die geen alcohol drinkt'.

Het volgende slachtoffer was Marco, 45 jaar uit Alkmaar. Ook hij deed de blinde 'Heineken 0.0-Heineken 5.0'-test. Net als Rob wees ook Marco onmiddelijk de Heineken 0.0 aan als het bier waar geen alcohol in zit.  Zijn commentaar op de Heineken 0.0: 'Prima 0,0% biertje. Smaakt echt naar bier'.

Richard, 43 jaar uit Krommenie en een fervent Heineken-drinker, kreeg onaangekondigd de 0.0 versie in zijn glas geserveerd. Zijn gezicht sprak boekdelen; dit was niet het bier dat hij gewend was. Het was anders, maar hij kon zijn vinger er niet op leggen. Zijn reactie: 'Lekker, maar geef mij maar de gewone Heineken'.  

Alexander, 15 jaar uit Alkmaar, mag van de Nederlandse overheid nog 3 jaar lang geen alcohol drinken, maar omdat de Heineken 0.0 geen alcohol bevat mag hij dit dus wel drinken. Voor hem is de Heineken 0.0 een mooi alternatief voor frisdrank. En een mooi opstapje naar het moment dat hij een echt bier mag drinken als hij 18 jaar wordt.

Ons oordeel over de Heineken 0.0: een sterke verbetering van het 0.0%-segment, een echt moutig bier met een licht bittertje, maar - en dat is een serieuze maar - dat je niet kunt vergelijken met het originele bier; het gemis aan alcohol doet ook bij dit bier afbreuk aan de smaak.

StiBON brouwt een bier

Een onderdeel van de StiBON bieropleiding niveau 2 is het brouwen van een eigen bier. De groep cursisten stelt een eigen recept samen en komt bij elkaar om dit te brouwen bij een professionele brouwerij. Op maandag 30 januari 2017 was het zover. De plaats van handeling was brouwerij Klein Duimpje in Hillegom. Welk bier het is geworden, is nog geheim. En je moet er ook nog even op wachten want het StiBON-bier moet eerst nog gisten, lageren en tenslotte afgevuld worden.

Hieronder een fotoverslag.

Leven in de brouwerij: APA en Rauch

Je eigen bier brouwen is hartstikke leuk en helemaal niet moeilijk. Het enige dat er moeilijk aan is, is goed bier brouwen. En wat nog moeilijker is, is dat ene goede bier nog een keer brouwen. Op dezelfde manier en met dezelfde smaak. Dat lukt eigenlijk nooit. Maar daar gaat het ons ook niet om. Wij gaan voor een dag lol en ontspanning,  een dag met onze handen werken, onze mouwen opstropen en met onze voeten in de figuurlijke klei staan.

Je bent er een hele dag mee bezig en dan moet je nog weken wachten voordat je het kunt drinken. Pas na de vergisting, de lagering en het bottelen, is je bier 'op dronk'. In december brouwden wij twee bieren in batches van 22-23 liter: een American Pale Ale (APA) en een Rauch. Hoe smaken ze? Best goed. Wil je het ook eens proeven? Dat kan. Kom maar een langs als je durft.

De inspiratie voor de APA deden wij op tijdens een rondreis door Oost-Europa. In Polen, Hongarije, Servië, Kroatië en Slovenië maken de craft brewers (een verschrikkelijke term) eerder een APA dan een IPA. Het alcoholpercentage van de APA ligt met gemiddeld 5% iets lager dan zijn broertje, de IPA. En dat is een voordeel, want in Oost-Europa drink je je bier steevast uit halve liter glazen. Dus kun je er iets meer van drinken. En dat is wel een voordeel in de snikhete Oost-Europese zon. De APA onderscheidt zich van zijn Britse en andere Europese evenknieën door het gebruik van Amerikaanse hoppen, meestal Cascade. Onze APA kwam uit op 4,5% en werd gebrouwen met een mix van viennamout, pilsmout en caramout. Als hop gebruikten wij cascade hop, zowel als bitter-, aroma- en dryhop.

De inspiratie voor het tweede bier, de Rauch, kwam natuurlijk uit Bamberg (Duitsland), het ultieme bierparadijs op aarde, waar we al vele malen geweest zijn, maar daarover later meer. We baseerden ons recept op het rauchbier van Schlenkerla. Dit donkere bier van iets meer dan 5% brouwden we met een mix van pilsmout, rookmout (Wyerman), caramout en zwartmout. Voor de hop gebruikten we Northern Brewer en Spalter, maar de hop is eigenlijk ondergeschikt in dit bier. Het gaat om de rooksmaak en de geur van vette worst. Dit klinkt heftiger dan dat het in de praktijk is. Als het bier in mooi balans is, smaakt het subtieler dan dat het ruikt. Proost!

 

‘Pils is makkelijk om te brouwen’

In het nieuws: de smaak van een Heineken-biertje is overal ter wereld hetzelfde. Heineken zelf leek nogal verrast dat hun bier overal hetzelfde smaakte. Maar dat was natuurlijk geen nieuws, maar iets dat allang bekend was. Een kwestie van overal op aarde dezelfde omstandigheden creëren: goede apparatuur en dezelfde grondstoffen (water, mout, hop en gist) gebruiken. Een kind kan de was doen.

De natuur heeft daar helemaal geen invloed meer op. Het maakt niet uit hoe warm of koud het buiten is, of regent of droog is, of het stormt of niet, of je nu in Zoeterwoude zit of in Addis Abbeba. Het bier in de ketels merkt daar niets van. De natuur is keurig netjes afgesloten van het brouwproces. En dat is maar goed ook,  want de natuur kun je er beter niet bij hebben als je aan het brouwen bent.

Het is natuurlijk razend knap dat Heineken dit kan. Maar dat gaat het niet om. Even verderop in het artikel staat dat pils - het 'gewone' biertje zoals ik dat iemand dat laatst hoorde zeggen - nog immer het populairste bier is onder bierdrinkers. Dit ondanks het feit dat speciaalbier steeds populairder lijkt te worden. Zeker 80% van al het gedronken bier in Nederland is nog steeds pils.

Nog steeds niets aan de hand. Een waarheid als een koe. Maar dan komt het. Dan gooit de brouwer er de volgende quote in: "Iedereen praat nu over craft beer (lokale bieren), speciaalbier en de kunst van brouwen, maar het pils is één van de, zo niet hét, moeilijkste bier om te brouwen, omdat het zo puur is en wij het sinds de negentiende eeuw met slechts vier ingrediënten brouwen".

We kennen die quote, die horen we al jaren, vooral uit de marketeerfabriek van Heineken. Is pils werkelijk zo moeilijk om te brouwen? Het simpele antwoord luidt: NEE. Nee, pils is helemaal niet moeilijk om te brouwen. Met neme gerstemout, water, hop en gist en daar brouw je een goedje van. Dat laat je vergisten tegen een lage temperatuur en je zorgt er voor dat het bier zo helder mogelijk wordt. Waarom dat laatste zo belangrijk is, wordt niet duidelijk. Helder bier heeft minder smaak dan troebel bier, dat is wel een wetmatigheid.

Simpel. Meer is het niet. Ook hier kan een kind de was doen. Wat is er dan zo moeilijk aan pils brouwen? Niet omdat het zo puur (zuiver, onvermengd, onverdund, onvervalst, louter, ongerept en maagdelijk) is. Of omdat het met slechts vier ingrediënten wordt gebrouwen .Nee, dat is niet de reden. De reden is dat het altijd en overal hetzelfde moet smaken. Of je nu thuis op de bank, of in je stamkroeg of voor mijn part in Addis Abbeda of Lutjebroek, het moet hetzelfde smaken.

Over smaak valt te twisten. Dat pils moeilijk te brouwen is omdat het altijd hetzelfde moet smaken, dat is een waarheid als een koe. Dat pils een bier is met weinig grond- en dus smaakstoffen, dat is ook een waarheid als een koe. Maar nee, pils is niet moeilijk om te brouwen. 'Pils is makkelijk om te brouwen', aldus deze brouwer.